dinsdag 12 juli 2016

The Grand Budapest Hotel, Wes Anderson, 2014.

Een heel aparte film, van Wes Anderson. 
Poster, met de grootse cast.
Het boek is gebaseerd op de werken van Stefan Zweig, in dat kader is hij me ook aangeraden. Ik ben bezig met Zweig, zie mijn blog over Zomer van de vriendschap. Binnenkort hoop ik ook zijn hoofdwerk, De wereld van gisteren gelezen te hebben. Trouwens, Alles doet mee aan de werkelijkheid van Paul Scheffer behandelt de interbellum-periode, de periode ook van Stefan Zweig - zodat ik me daar enigszins in ondergedompeld voel. 
The grand Budapest Hotel speelt in de periode dat het hotel een florissant bestaan heeft - of is het dan al een illusie, die in stand gehouden wordt door de conciërge, Mr. Gustav? Hij is streng in zijn normen, voedt al zijn ondergeschikten op tot volstrekte dienstbaarheid en gehoorzaamheid, spreekt in verzen, verleidt de dames, ook de oudsten, en gelooft heilig in decorum.
Monsieur Gustav heeft de hoofdrol in deze film, samen met de liftboy Zero. Ralph Fiennes speelt Gustav, Tony Revolori is Zero. 
Er spelen vele groten mee in deze film: Tilda Swinton, Harvey Keitel, F. Murray Abraham (Salieri in Amadeus) als de oude Zero, Adrien Brody als Dimitri, Jeff Goldblum als Kovacs, Bill Murray als Ivan, Daniel Dafoe als Dimitri, en anderen.
Hier iets meer over de rollen; Tilda Swinton is Mme Céline Villeneuve Desgoffe und Taxis.
Harvey Keitel als Ludwig
Zero in het midden.
Een van de werkelijke Boedapest Hotels.
Adrian Brody, als Dimitri, de verdorven zoon van Mme. D.
Monsieur Gustav en Zero Moustafa met hun Mendl-gebakjes: de exquise taartjes waarin de ontsnappingswerktuigen verstopt worden.
Het hotel ligt in het fictieve Zubrovka. Munteenheid is de kluback. De SS is niet de SS maar de ZZ.
Want natuurlijk wordt het hotel  in de oorlog door de moffen bezet.
Agatha, vriendin en vrouw van Zero.
Helaas stereft Agatha jong. Zero stopt al het vermogen dat hij erft in het hotel. Helaas is niet te voorkomen dat het ten onder gaat. Er komt geen gast meer in de zestiger jaren, de tijd dat Moustafa zijn verhaal aan de schrijver vertelt.

Een prachtrol! Ralph Fiennes.



Schilderij Jongen met appel; erfstuk voor Monsieur Gustav, van zijn bejaarde geliefde. 
Lobby-boy met Agatha.
Agatha heeft een moedervlek 'zo groot als de kaart van Mexico' op haar wang.

Mme. D. overleden.
Ik weet het niet zeker, maar dit zouden de miniaturen kunnen zijn die dienst deden als decor in de film.


Wes Anderson.

De film is lastig te volgen, scenes en namen volgen elkaar in hoog tempo op. Ik heb hem twee keer gedraaid om hem helemaal te snappen. Het is een raamvertelling, de oude Zero Moustafa kijkt terug op zijn verleden met Monsieur Gustav. Hij vertelt zijn geschiedenis over de vroegere conciërge Gustav en het hotel aan een schrijver, die het op zal schrijven. 
Omdat Monsieur Gustav oude dames verleidt, wordt hij rijk, hij krijgt hun erfenissen. Maar in het geval van Madame Céline Villeneuve Desgoffe und Taxis werken haar vier kinderen hem tegen bij de erfenis. (De hele ontvangstzaal zit vol met familieleden die iets komen claimen!) De vier telgen beweren dat Gustav hun moeder vermoord heeft. Hij komt in de gevangenis. Hij ontsnapt, met enkele anderen, er volgen allerlei verwikkelingen. Ten slotte krijgt Gustav zijn erfenis en zijn schilderij. Als hij zelf jong sterft, erft Zero alles. Die steekt alles in het hotel, dat uiteindelijk tot een ruïne wordt. Alleen het schilderij is er nog altijd.

Mooi is de vriendschap tussen Moustafa en Gustav: Zero Moustafa is een vluchteling, hij wordt steeds gepakt door de soldaten, zowel bij de eerste als bij de tweede wereldoorlog. Maar Gustav neemt het voor hem op, zo goed als hij kan. Hij leert hem ook alle kneepjes van het vak. 
Zero belet deze notoire rokkenjager te flirten met zijn Agatha. 
Grappig zijn de scenes in het klooster op Gabelmeisters Peak, en de achtervolging op de Olympische Spelen. Idioot is de oversteek in de lucht op de kabelbaan. 
Opvallend vond ik de manier van filmen, waarbij er steeds een kader in het midden van de film was: een venster, een liftkoker, of een rijdend wagentje in de gevangenis (wilt u maïspap?). De humor is niet na te vertellen, erg leuk. De vriendschap - nogmaals gezegd - is prachtig. 
Weemoed, melancholie over vroeger tijden. Maar vooral humor.  En heel veel kleur. 
Trailer.

Geen opmerkingen:

Een reactie posten