zaterdag 7 mei 2016

Jij zegt het, Connie Palmen, 2015.

Omslag
Roman waarin Connie Palmen stem geeft aan Ted Hughes, die na de zelfmoord van zijn vrouw Sylvia Plath beschuldigd werd door feministen en anderen, dat hij schuldig zou zijn aan haar dood. Dat werd natuurlijk nog erger, toen zijn tweede vrouw (vriendin) Assia Wevill de zelfmoord van Sylvia kopieerde. Zij nam bovendien haar dochtertje Shura mee in de dood.
Shuria; ook gedood door Assia.
Palmen concentreert zich op de relatie van Hughes en Plath. Plath spaarde haar twee kinderen toen zij haar hoofd in de oven legde. De deuren waren met rollen kleding en badhanddoeken afgedekt.

Ik ben dit boek van Palmen gaan lezen na het zien van de documentaire over Ted Hughes, Stronger than death. Er kwamen geen nieuwe feiten in dit boek naar boven.
Ted Hughes. Raar is wel, dat hij een dagboek van Plath verbrandde na haar dood. 
Palmen beschrijft het boek als een monologue interieur van Ted Hughes, een soort bekentenis, om duidelijk te maken aan iedereen die een mening had over hem en zijn relatie tot vrouwen, hoe het werkelijk gezeten heeft.
Hughes en Plath
Palmen heeft voor Jij zegt het gebruik gemaakt van  Birthday Letters, de bundel waarin Hughes eindelijk zijn rol toelichtte bij de dood van Plath. Die bundel verscheen in 1998, tien maanden voor zijn dood.
De bundel Birthday Letters, Hughes
Ook maakte Palmen gebruik van veel andere gedichten uit Hughes' omvangrijke oeuvre.
In 2000 werd Hughes' archief opengesteld voor het publiek. Daarin trof Palmen het ongepubliceerde gedicht 'Last Letter' aan, waarin Hughes schrijft over de laatste ontmoeting met zijn vrouw.
Er zijn ook tal van essays, inleidingen en commentaren geschreven bij het werk van Sylvia Plath, die ook onmisbaar waren. Palmen noemt Keith Sagar, Diane Middelbrook e.a.
Hughes met zijn kinderen Frieda en Nicholas
Er bestaat één biografie van Ted Hughes: Ted Hughes. The life of a poet. (2001) van Elaine Feinstein. Er is ook een biografie van Assia Wevill, geschreven door Yehuda Koren en Eilat Negev.
Frieda Hughes; noemt het diefstal, wat de media met haar ouders hebben gedaan.
In het archief van Ted Hughes bevindt zich een verzegelde kist die hij persoonlijk naar Georgia bracht. De kist mag pas in 2023 worden geopend.

Over het boek zelf:
Het is echt een 'gedacht boek': nergens zijn bijvoorbeeld dialogen. Het laat helemaal zien hoe Hughes terugkijkt op zijn leven met Plath. Het is erg psychologiserend. Niet dat het onzin is, het komt op mij geloofwaardig en overtuigend over. Plath is een verknipte vrouw, zij lijdt aan ernstige depressies. Hughes probeert uit alle macht haar te helpen om boven elke zelfmoordneiging uit te komen. Het is onbegonnen werk.
Ze doen allebei aan spiritisme, werken met een ouijabord. Dromen worden besproken, Hughes ervaart dat Sylvia de toekomst weet te voorspellen, of dromen komen uit. Als schrijversechtpaar lijden ze natuurlijk ook aan onderlinge jaloezie, al is dat meestal meer aan de kant van Plath, Hughes was succesvoller.
Uiteindelijk houdt Hughes zijn rol van doorlopende redder niet vol, en zwicht hij voor de verliefdheid voor Assia. Dan gaat hij ook met meer vrouwen vreemd. Het loopt verkeerd af met Sylvia.
Na haar dood bezorgt Hughes haar werk, en wordt zij postuum beroemd.
Palmen schrijft mooie, soms wat erg literaire zinnen.
De NRC plaatst in zijn recensie wel wat kanttekeningen bij het 'goedpraten' dat Palmen Hughes laat doen in haar versie van zijn verhaal. Zij promiscue gedrag was wel degelijk uiterst pijnlijk, en hij (in Palmens verhaal) praat het alleen maar goed. Ook laakt de NRC-criticus Hughes 'rare' geloof in spiritisme.
Ouija-bord
Op het omslag prijkt intussen een vos, met een vogeltjs erop. Volgens mij is het het beeld dat Palmen aan Hughes en Sylvia toeschrijft, hij de vos, zij de 'gefolterde paniekvogel, die zijn noot kon zingen omdat de glazen stolp was opgetild.'
Hij de vos, zie dit citaat uit het blog van Evelien de Nooyer.

Witte godin
Ziet de dichterlijke verbeelding dingen die er niet zijn? Of zien ‘gewone’ mensen dingen over het hoofd die er wél zijn? Ted Hughes heeft wat met vosjes (zie de cover). In Cambridge studeert hij verveeld Engelse taal en literatuur, als hij op een dag iets achter zijn rug voelt naderen: “… Toen ik mijn hoofd opzij draaide zag ik een vos, of eerder een magere man met de kop van een vos, zwartgeblakerd en bloedend, alsof hij zojuist aan een brand was ontsnapt. Vreemd bleef ik zitten en wachtte af, gespannen, zonder angst. De vos kwam dichterbij, bracht zijn kop op ooghoogte en keek me aan met een gekwelde blik. Voordat ik het wist liet hij met een zware plof een bebloede mannenhand neerkomen op het lege blad dat voor me lag. Hij boog zich naar me toe en fluisterde in mijn oor: ‘Hou hiermee op – je maakt ons kapot.’ Daarna verdween hij net zo mysterieus als hij kwam. Op het papier stond een van nat bloed glimmende afdruk van een handpalm. De volgende dag deelde ik de faculteit mee dat ik stopte met de studie literatuur. Ik stapte over naar sociale antropologie…”. Later zal hij als een omen een jongen tegenkomen die hem op een brug een jonge vos te koop aanbiedt. Hij is ervan overtuigd dat in oude mythen, volksverhalen en fabels eeuwige wijsheid verborgen ligt. Houdt zich bezig met astrologie, de tarot, het ouijabord, Jung en het collectieve onderbewuste, de kabbala. Volgens hem allemaal wegen naar het onderbewuste. Als hij Sylvia inwijdt in het ‘glaasje draaien’ schrikken ze zich dood als zij op een gegeven moment met een grommende mannenstem gaat praten (net als de moeder van Adriaan van Dis in “Ik kom terug”). (.....)

Nicholas Hughes, zoon van Ted en Sylvia; pleegde zelfmoord in 2009.
Erg mooi: interview van Wim Brands met Connie Palmen.
Ik weet zelf te weinig van de rest van het werk van Connie Palmen. Zo lees ik erg veel dat zij schrijft over goed en kwaad, dat Lucifer van haar over dat thema ging (Peter Schat). Lucifer noemt zij oud-testamentisch. Zo gaat Jij zegt het opnieuw over het thema goed en kwaad, nu is het het Judas-thema. In het Nieuwe Testament heeft God opnieuw het Kwaad nodig.  'Jij zegt het' zijn de woorden die Jezus tegen Judas zegt, als deze aan Hem vraagt: 'Heer, ben ik het?' (die U verraden zal.) 'Jij zegt het', zegt Jezus dan. 
De laatste zin in het boek luidt: 

(...) en ik was te trots en te beschaamd om deel uit te maken van een publicerende meute die ik moreel verachtte, en die mijn persoonlijke verwerking van het drama voortdurend had gefrustreerd.
Tot de dood me zo dicht naderde dat ik hem kon horen. Hij boog zich over me heen en fluisterde me met de stem van mijn bruid in dat de dramatis personae van onze innerlijke wereld er altijd naar streven door anderen gekend en gehoord te worden. En ik, die zo lang de vijand was van het onthullendste woord uit de taal, goot mijn loodzware ziel in die iele gestalte, volgde haar naar buityen, en ik zei het, ik.

Het is een boek over verraad, zie DEZE RECENSIE

Geen opmerkingen:

Een reactie posten