maandag 8 februari 2016

Een Vrij en Gelukkig Indonesië, Tom van den Berge, 2014.

Voor onze Senia-groep las ik dit keer dit boek over Huib van Mook.
Ik had nog nooit van hem gehoord, en eerlijk gezegd vroeg ik me ook niet zo veel af over dit deel van de geschiedenis: Indonesië.
Nu ik het boek uit heb, is dat wel veranderd.
En het boek heeft me aangegrepen....
Het is geen gemakkelijk boek. Van den Berge is wetenschappelijk medewerker van het Koninklijk Instituut voor Taal- Land- en Volkenkunde, in Leiden.


Logo

Hij vermeldt alle namen, commissies, vergaderingen, gebeurtenissen. Soms veronderstelt  hij Indonesische begrippen als bekend. Wat ze bij mij niet zijn. Al die namen maken het lastig. Maar: het hoort natuurlijk bij een goede biografie dat die zo volledig mogelijk is.
Dat er niet eerder over deze belangrijke man geschreven is, komt omdat er pas sinds kort een archief over hem beschikbaar was, aan Van den Berge toevertrouwd door Van Mooks dochter Bertie (Dink).
Maar misschien heeft het ook met de waardering voor Van Mook te maken; in Nederland gold hij als een omstreden politicus.
Boek
Huib van Mook is in Indonesië geboren uit Nederlandse ouders. Zijn vader was inspecteur van het lager onderwijs en wethouder van Soerabaja. Huibs opleiding verliep niet heel erg voorspoedig, hij 'sjeesde' een paar keer als student. Maar toen hij zich vanaf 1914 ging verdiepen in de Indologie kwam hij op zijn plaats terecht. Hij voelde zich van meet af aan erg verbonden met zijn geboorteland. Hij was zeer actief in het studentenleven, het Indonesisch Verbond voor Studeerenden en deed in 1918 staatsexamen. Hij werd controleur te Semarang en in 1921 raadsman voor agrarische aangelegenheden bij de sultan van Djokjakarta.
 
 Hamengkoe Boewono VIII, 1925, sultan sinds 1921; Van Mook onderhield een goede band met de aristocratie.
In 1928 werd hij assistent-resident van de politie te Batavia. Hij toonde - en bleef dat doen - een uitzonderlijke werkkracht en deskundigheid. Ook was hij zeer ambitieus. 
In 1931 werd hij lid van de Volksraad; hij schreef zeer vooruitstrevende publicaties in De Stuw, een tijdschrift dat verzamelplaats en symbool voor de progressieven was, en dat dus fel bestreden werd door rechts. Van Mook vond geestverwanten in J.H.A. Logeman en J.A. Jonkman; in Nederland was een geestverwant C. van Vollenhove (Universiteit Leiden). Tegenover zich vond hij F.C. Gerretson, die juist zeer rechts was. (Universiteit van Utrecht). Van Mook en geestverwanten bepleitten een zelfstandig Indonesië, weliswaar in federatief verband, en ook met Nederland in gemenebest. Maar de tijd werkte meer in het voordeel van de behoudende krachten (o.a. door de crisis).
Colijn ('ga maar rustig slapen') stond een harde lijn voor in Indonesië.
Colijn in Nederland en De Jonge (GG) in Indonesië stonden een harde lijn voor in de gezagsverhoudingen.
De Jonge verzette zich tegen de benoeming van Van Mook als opvolger als hoogleraar van Logeman (aan de Rechtshoogeschool). Wel benoemde hij hem tot hoofdambtenaar van Economische Zaken. 
In 1937 werd hij directeur van het departement van EZ, als expert had hij zich onmisbaar gemaakt. Vaak vond hij zichzelf tegenover Den Haag. Hij had geen affiniteit met de politiek, was ook nooit lid van een partij.
 
Molenvliet in Batavia, waar EZ gevestigd was. Vrouwen doen hier de was.
De opvolger van De Jonge, Gouverneur Generaal Tjarda van Starkenborg had wel waardering voor Van Mook.
Van Starkenborg in 1935.
In 1938 speelde hij een belangrijke rol bij de onderhandelingen met Japan. 
In 1940 werd Nederland bezet, maar dank zij Van Mook verslechterde de economische situatie van Nederland niet. De Japanners eisten vrije toegang van al hun producten en wilden o.a. ook volop olie. Van Mook wist dat af te ketsen.Zo kwam er in 1940-1941 geen volledige afhankelijkheid van de Archipel van Japan. Het maakte Van Mook populair!
Van Mook op voorblad Time Magazine, 18-8-1941
In 1941 werd hij benoemd tot minister van Koloniën in het kabinet Gebrandy; in 1942 ook tot luitenant Gouverneur Generaal. In die functie probeerde hij tot militaire samenwerking met de VS te komen, en tot aflevering van de bestelde en betaalde (!) vliegtuigen.
In 1942 dreigde capitulatie van de Archipel, Van Mook ging naar Australië. 
In datzelfde jaar kreeg hij ook ontslag als luitenant GG; als minister van Koloniën reisde hij naar de VS en naar andere landen. Hij promootte zijn ideeën, wat goed zou moeten passen bij de ideeën van de VS, die het oude kolonialisme niet terug wilden. In de koninklijke rede van 1942 stond de neerslag van zijn opvattingen, hoewel nog vaag en dubbelzinnig.
Koningin Wilhelmina in 1942.
In 1944 werd hij opnieuw luitenant gouverneur generaal. Ook was hij toen nog steeds minister, maar met al zijn werkkracht en ambities was hij goed in staat die beide functies uit te oefenen.
Paleis Koningsplein Batavia; hier nam Van Mook in 1944 zijn intrek.
In 1945 capituleerde Japan, en brak de meest dramatische en belangrijkste periode in Van Mooks leven aan.
Op 17 augustus riep Soekarno de Republiek Indonesia uit.
Soekarno, op 17-8-1945 riep hij de Republiek Indonesia uit.
Van Mook begreep meteen dat dat als realiteit aanvaard moest worden. Einddoel bleef voor hem het federatieve zelfstandige Indonesië in hecht Unieverband onder de Nederlandse kroon.
Hij had te maken met allerlei krachten: gematigde nationalisten, radicale nationalisten, buitengewesten die nog niet onder invloed van de RI stonden. Logeman en Schermerhorn wist hij te overtuigen tot onderhandelen, maar hij kreeg te maken met spanningen in Den Haag. Er was een sterke oppositie en de publieke opinie werkte tegen hem.
Van Starkenborg ging weg, Van Mook koppelde het civiel en het militair oppergezag aaneen. Hij bleef met allerlei krachten te maken hebben, probeerde de oude garde (uit de kampen) buiten de beslissing te houden, Er waren nog andere nationale minderheden, en bovenal had hij te maken met de Engelsen. Die oefenden het militair gezag uit, maar wilden niet interveniëren.
Palembang, Chinse wijk in puin, na Bersiap-tijd. (Bersiap= wees bereid; pemuda's: onafhankeleijkheidsstrijders. Voorafgaand aan de politionele acties gingen de Indonesiërs enorm tekeer tegen de Nederlanders (of ook, oals hier, tegen de Chinezen).
Bijna drie jaar lang schipperde en onderhandelde hij, onvermoeibaar en vindingrijk. Hij streefde ordeherstel na, nam allerlei initiatieven, onder andere met de ontwerp-overeenkomst te Linggadjati.
Historisch akkoord va Linggadjati, 1946. Er kwam niets van terecht.
Wantrouwen na Linggadjati, Max van Poll, Feike de Boer, Huib van Mook, Wim Schermerhorn.
Van dat akkoord kwam niets terecht, wat leidde tot de eerste politionele actie (21 juli - 4/5 augustus 1947). Door ingrijpen van de Veiligheidsraad kwam hier een einde aan.
Simon Spoor en Huib van Mook, legercommandant en opperbevelhebber van het leger dat uiteindelijk ten aanval werd gestuurd.
Mariniers en grenadiers op de loopplank van de Koto Inden die hen naar Indon. zal brengen ivm de onafhankelijkheidsstrijd.
Afscheid van Batavia. Militaire kapel.
Demarcatielijn na de eerste politionele actie, om de partijen uiteen te houden. In december  1948 volgde de 2e politionele actie.
Er begonnen nieuwe onderhandelingen, waaraan hij als een der voornaamste leden deelnam. Deze besprekingen leidden tot de overeenkomst op het amerikaanse oorlogsschip Renville, op 17 januari 1948. Er werd een voorlopige federale regering gevormd.
Van Mooks vriend en medestrijder Abdoelkadir Widjojoatmodjo. Dit vond ik zo mooi van Van Mook: hij integreerde met de bevolking van Indonesië. Als je dat vergelijkt met de personages in De Stille Kracht, van Louis Couperus, dan zie je hier een wereld van verschil. Dáár is er een grote kloof tussen de inlandse en de Nederlandse bestuurders; de Nederlanders vervelen zich ook in het verre Indonesië. De echte cultuur is alleen overzee, in Nederland. Van Mook daarentegen beweegt zich als een vis in het water, als jonge man. Van verveling zie je niets! En hij heeft vele vrienden onder de Indonesiërs. 
Maar de verhouding Den Haag - Van Mook werd steeds moeilijker.
Louis van Beel.
Pieter Sjoerds Gerbrandy; ook een vechtjas. 

L.J.M. van Beel kwam steeds meer als feitelijke supervisor van Indië naar voren. Den Haag nam zelf de touwtjes in handen en Van Mook nam ontslag, 25 oktober 1948. Het gezag in Indonesië kwam aan Van Beel. Van Mook was de laatste landvoogd geweest, en zo werd hij ook gezien.
De tweede politionele actie was van 19 december 1948 tot 5 januari 1949.
Verder deed ex-kapitein Westerling in 1950 nog een coup-poging, In 1962 gingen er nog enige vijandelijkheden vooraf aan de overdracht van Nieuw-Guinea. Maar Van Mook was toen al geen bestuurder meer daar.

Bovenstaande is een samenvatting van het lemma Huib van Mook in het Biografsich Woordenboek van Nederland, van de KNAW. Zie aldaar, Biografie van Van Mook , met een schitterend eindoordeel over deze man in de laatste alinea.

Van Mooks leven was natuurlijk helemaal niet ten einde bij zijn vertrek uit Indonesië. Hij heeft zich altijd beschikbaar gehouden voor Nederland, ook na deze vervelende tijd. Maar hij is niet gevraagd voor een functie van werkelijk belang.
Hij emigreerde naar Amerika, waar zijn zoon studeerde. Hij vond daar werk onder andere als hoogleraar, en als lid van de Verenigde Naties.
Heel aangrijpend vond ik zijn persoonlijke leven.
Zijn vrouw en kinderen verbleven in de Japanse bezettingstijd in kampen. Van Mook zag Bep terug, sterk vermagerd. Maar tijd voor haar had hij niet, zijn plicht riep hem meteen naar elders. Zij dacht, dat haar magerte de schuld was, dat hij niet meer van haar hield. Het lastige was, dat hij in al zijn moeilijkheden troost had gezocht en gevonden bij zijn secretaresse, Ro. Hij wilde van Bep scheiden, maar het is er niet van gekomen. Uiteindelijk maakte Ro een einde aan de relatie. Ook met zijn volgende secretaresse had Van Mook iets. Hij formuleerde het zelf zo, dat hij af en toe een arm om zijn schouder (of een aai over de bol) nodig had.
 
Van Mook op oudere leeftijd.
De laatste secretaresse met wie hij iets kreeg was Gien. Eerst lagen ze elkaar niet, maar dat veranderde. Uieindelijk zou hij zelfs een kind bij haar verwekken. Het is afschuwelijk te lezen, dat hij in die periode helemaal niets aan zijn vrouw en dochter laat horen. Zelfs stuurt hij Bep (zijn vrouw) geen attestaties de vita meer, het bewijs dat hij nog in leven is. Dat heeft zij nodig om haar pensioen in ontvangst te kunnen nemen. Zij moet een vrouw van zedelijke grootheid zijn geweest, want bij alles wat hij haar aandeed, schrijft zij hem op een gegeven moment een briefje, dat hij háár misschien wel mag passeren - ze zijn ooit toevallig samen getrouwd - maar zijn kinderen, Kees en Dink zo verwaarlozen, dat is een ander verhaal.
Ergens, ik vermoed in zijn dagboek, heeft Van Mook dan genoteerd hoe hij zich voelde in die tijd: hij wist best dat wat hij deed verschrikkelijk was, maar het was of hij omgeven was door iets waar hij zelf niet doorheen kon, of durfde. Zou hij dat gedaan hebben, dan was het een sprong in de afgrond geweest. De schrijver, Tom van den Berge, meent dan ook dat de politieke afstand Van Mook heel goed uitkwam, want hij kon de persoonlijke barrière ten opzichte van de zijnen niet slechten.
Het lukte hem geld te verdienen, maar op een zeker moment kwam hij ook tekort.... Hij deed een beroep op.... zijn vrouw, die hem het geld inderdaad geleend heeft.
Met zijn dochter heeft hij zich kunnen verzoenen. Hij heeft ook kunnen huilen bij haar, wat maakte dat ze normaal konden praten.
Met Gien en zijn zoontje Wouter verhuisde hij uiteindelijk naar de Provence. Daar is hij gestorven. Gien stierf jong, aan huidkanker. Hun zoontje was met 13 jaar wees. 
Tom van den Berge, onderzoeker Koninklijk Instituut voor Taal- land en volkenkunde. Auteur. 

Kaart
De huidige President, Joko Widodo.
Ik vond hier nog wat bewegende beelden van Van Mook, in 1947: inspectie erewacht en onthulling oorlogsmonument. Gezien de verdere ontwikkelingen doen deze beelden van Beeld en Geluid vreemd aan. 
Over de Bersiap-periode zie MIJN BLOG over het boek Verzwegen Stemmen, Verstilde Levens, van Inez Hollander. Dit boek lazen we destijds ook in Senia-verband.

David van Reybrouck is bezig met een boek over Indonesië. Ik kijk daar zeer naar uit!
David van Reybrouck, schrijver Congo; kondigde onlangs in Buitenhof aan dat hij met een boek over Indonesië komt!

Geen opmerkingen:

Een reactie posten