donderdag 16 juli 2015

De Psychologie der Spaansche Mystiek, Johan Brouwer, 1931.


Proefschrift van Johan Brouwer, 1931.
Om iets te vertellen over dit boek, geef ik eerst wat achtergrondinformatie.
Johan Brouwer werd geboren in 1898 in Delfshaven en stierf in1943 als verzetsstrijder in Overveen.
In zijn jeugd heeft hij 6 jaar gevangen gezeten voor een moord. Hij en zijn broer hadden en bank beroofd, en werden om dit feit gechanteerd door een bekende. De broers vermoordden deze man, daarom moesten ze zitten. In de gevangenis begon Johan zijn studie Spaans, en na zijn vrijlating werd hij een vooraanstaand Hispanoloog. Dit boek over de Spaanse mystiek is zijn proefschrift.
Brouwer kende Menno te Braak, ze hebben elkaar ontmoet en correspondeerden ook. Zie over De Psychologie der Spaansche Mystiek Menno ter Braak, vanaf de laatste alinea van pagina 56 tot en met pagina 59. 
In deze Briefwisseling kom je iets meer te weten over het persoonlijk contact tussen Ter Braak en Brouwer. Dat contact bekoelde toen Ter Braak bleek, dat Brouwer bepaalde erotische passages in een van zijn vertalingen wegliet. Hier wordt uitgelegd wat de achtergrond van Brouwers handelwijze was. De relatie met Ter Braak was vanaf toen wel bekoeld.
 
Met 'De Spaanse Mystiek' wordt het werk van de drie belangrijkste figuren bedoeld: Fray Luis de Léon, Teresa van Avila, en Juan de la Cruz. Niet geheel toevallig kwamen wij alle drie de figuren tegen op onze Spanje-reis van dit jaar.

Over Fray Luis de Léon:
Collegezaal van Fray Luis de Léon in Salamanca; deze heb ik gezien tijdens mijn vakantie in mei.
Fray Luis de Léon, 1527-.1591 
 
Indruk van het mystieke werk van Luis de Léon:
 
The Life Removed
In the poem The Life Removed, of which an excerpt is shown below, Fray Luis, following the beatus ille theme introduced by Horace, expounds upon the notion of choice and its consequences. He says that those irrational men who aspire to power and wealth and are guided by the talk and opinion of others will not achieve the peace, happiness, and liberty assured to those who travel the hidden path. The poem continues on to mention a ship in a storm, and how the sailors aboard are motivated only by greed and ambition, and they will not meet the harmonious end of those who travel the hidden path.
La Vida RetiradaThe Life Removed
¡Qué descansada vida la del que huye el mundanal ruïdo y sigue la escondida senda por donde han ido los pocos sabios que en el mundo han sido!How tranquil is the life Of him who, shunning the vain world’s uproar, May follow, free from strife, The hidden path, of yore Trod by the few who conned true wisdom’s lore!
Que no le enturbia el pecho de los soberbios grandes el estado, ni del dorado techo se admira, fabricado del sabio moro, en jaspes sustentado.For he with thoughts aloof By proud men’s great estate is not oppressed, Nor marvels at the roof Of gold, built to attest The Moor’s skill and on jasper piles to rest.
No cura si la fama canta con voz su nombre pregonera, ni cura si encarama la lengua lisonjera lo que condena la verdad sincera.He cares not though his name Be raised aloft, to winds of rumour flung, He cares not for the fame Of cunning flatterer’s tongue, Not that which truth sincere would leave unsung. (Peers 165)

San Juan de la Cruz, 1542-1591
Dit schilderij is van Salvador Dali, en is getiteld De Christus van de Heilige Johannes van het Kruis. Het is geïnspireerd op een tekening van Johannes, gemaakt tijdens een visioen. De tekening wordt bewaard in het klooster van Avilla. Het kruis staat in het dorre Catalaanse landschap. 'Dorheid' is ook een mystiek begrip.
 
Indruk van zijn werk,  uit Oh Llama de Amor Viva, Oh, levende vlam van liefde, enkele regels: 

Tras de un amoroso lance,
y no de esperanza falto,
vole tan alto, tan alto,
que le di a la caza alcance.
Na een waagstuk van mijn liefde
‘k had de hoop niet opgegeven –
vloog ik op, zo hoog, zo hoog,
dat ik haalde wat ik najoeg.

Para que yo alcance diese
a aqueste lance divino,
tanto volar me convino
que de vista me perdiese;
y, con todo, en este trance
en el vudo quede falto;
mas el amor fue tan alto,
que le di a la caza alcance.
Om te kunnen komen tot dit
godd’lijk avontuur van liefde,
moest mijn opvlucht zo intens zijn,
dat ik van mijzelf geen weet hield;
en tóch bleef ik in gebreke
in mijn alles wagende opvlucht;
maar zo hoog streefde mijn liefde,
dat ik haalde wat ik najoeg.


Zie voor het gehele gedicht Levende Vlam van Liefde  de website Mystiek, inclusief  vertaling.
Teresa de Avila, 1515-1582 
Indruk van haar poëzie:
 
Búscate en mi

Alma, buscarte has en Mí,
Y a Mí buscarme has en ti.

De tal suerte pudo amor,
Alma, en Mí te retratar,
Que ningún sabio pintor
Supiera con tal primor
Tal imagen estampar.

Fuiste por amor criada
Hermosa, bella, y ansí
En mis entrañas pintada,
Si te pierdes, mi amada,
Alma, buscarte has en Mí.

Que Yo sé que te hallarás
En mi pecho retratada
Y tan al vivo sacada,
Que si te ves te holgarás
Viéndote tan bien pintada.

Y si acaso no supieres
Donde me hallarás a Mí,
No andes de aquí para allí,
Sino, si hallarme quisieres
A Mí, buscarme has en ti.

Porque tú eres mi aposento,
Eres mi casa y morada,
Y así llamo en cualquier tiempo,
Si hallo en tu pensamiento
Estar la puerta cerrada.

Fuera de ti no hay buscarme,
Porque para hallarme a Mí,
Bastará solo llamarme,
Que a ti iré sin tardarme
Y a Mí buscarme has en ti.
 

Ziel, zoeken moet je jezelf in Mij,
en Mij moet je zoeken in jezelf.
Zo heeft, o ziel, de liefde
jouw beeld in Mij kunnen prenten,
dat geen wijs schilder,
met al zijn meesterschap,
dat beeld zou kunnen maken.
Jij werd uit liefde geschapen,
mooi, knap en zo diep
in mijn binnenste getekend,
dat, als jij jezelf verliest, mijn lief,
ziel, jij jezelf moet zoeken in Mij.
Ik weet, als jij je ooit zou vinden
getekend in mijn hart
en zo naar het leven uitgebeeld,
dat het je verheugen zou, bij het zien van jezelf,
je zo prachtig getekend te zien.
En mocht je soms niet weten
waar je Mij zult vinden,
dwaal dan niet van hier naar ginds,
maar, als je Mij vinden wilt,
moet je Mij in jezelf zoeken.
Want jij bent mijn onderdak,
jij bent mijn thuis en verblijf,
en daarom klop ik altijd bij jou aan,
wanneer ik vind in jouw gedachten
de deur gesloten.
Buiten jezelf hoef je Mij niet te zoeken,
want om Mij te vinden
zal het genoeg zijn Mij alleen maar te roepen;
Ik zal dan zonder talmen naar jou toegaan
en Mij moet je zoeken in jezelf
Werkvertaling H. Blommestijn/Titus Brandsma Instituut
Portret van Teresa door Peter Paul Rubens
 
En nu het boek zelf van Johan Brouwer:
 
Helaas is het vooral te lezen door ingewijden, ik bedoel mensen die het Spaans, Latijn en Italiaans beheersen. Citaten worden nu eens wel, maar heel vaak niet vertaald. Met bijvoorbeeld Duitse citaten heb ik minder moeite, maar met deze wel.
Desalniettemin heb ik er interessante dingen in gelezen. Bijvoorbeeld dat de Jezuïeten ook onderzocht zijn geworden door de Inquisitie, en zelfs Teresa en San Juan. Fray Luis de Léon is zelfs veroordeeld geweest.
Vermeldenswaard is dat de bijbel in de volkstaal tot 1551 vrij in omloop is geweest. Daarna kwam hij op de index. Dit uit angst voor Joodse en protestantse tekstveranderingen.  
Brouwer geeft ook aan dat er ook in Spanje sprake is geweest van een Renaissance. Wel had Spanje een geheel eigen ontwikkeling binnen Europa, dank zij de bijzondere ligging, maar ook door de geschiedenis: vanaf de 8e eeuw ware de Moren er binnengevallen; de Katholieke Vorsten gooiden die er weer uit, waarna er op bijzondere wijze naar geloofszuiverheid gestreefd werd. Er was geen Reformatie, zoals in het noorden, Teresa en Johannes streefden versobering na binnen de kerk.
Ik vond het ook interessant te lezen welke mensen de grote Spaanse mystici hadden geïnspireerd: ik las dat dat onder anderen Paulus, Augustinus, Thomas à Kempis, Ruusbroec en Meister Eckhart waren. De laatste het minste, omdat die verdacht was van quiëtisme. Dat laatste kenmerkt zich door een zich afkeren van het wereldgewoel, het streeft passiviteit en begeerteloosheid na. Het kan leiden tot onverschilligheid of zelfs zelfvernietiging. Teresa en Johan waren alles behalve passief, zij werkten juist hard 'in de wereld'.
In zijn eerste hoofdstuk geeft Brouwer een overzicht van de maatschappelijke en politieke toestand van de tweede helft van de 16e eeuw. Het is de tijd van de regering van Philips II, de man met wie Nederland in oorlog geraakte, en die de hertog van Alva op ons af stuurde. Economisch is interessant, dat Spanje enerzijds overspoeld raakte door het vele zilver en goud van hun koloniën, maar dat dat anderzijds verhinderde dat ze een normale 'werk-economie' opbouwden. Het geïmporteerde goud en zilver maakte de mensen lui. Buiten dat, hadden ze met het uitzetten van de Moren en de Joden in 1492 heel veel kennis en ervaring het land uit gezet, dat kwam het welvaren van het land ook niet ten goede. De Inquisitie speelde een belangrijke rol in het politieke én het godsdienstige leven; kerk en staat waren niet gescheiden.
De Renaissance is niet aan Spanje voorbijgegaan, Dantes Comedia werd in 1427 in het Spaans vertaald; van de wetenschappen bloeit vooral de theologie: Suárez, Luis de Léon. Het gaat heel goed met de zeevaart, in de letterkunde zien we Miguel de Cervantes (1547-1616). Gewone mensen lezen veel arcadische  romans en ridderromans, die vol 'holle woorden en voos sentiment' staan, in tegenstelling tot de mystieke lyriek. (Don Quichote werd waanzinnig door het lezen van de flut-ridderromans!). (De grote schilders Velazquez en El Greco noemt Brouwer overigens niet.)
Ik wees al op de innige verbinding van kerk en staat. Ketterij werd als een politieke bedreiging gevoeld, tot ver in de 18e eeuw. Een bedreiging derhalve van de eenheid van de staat. Dit was een gevolg van de Reconquista, het uitzetten van Moren en Joden.
Overigens stelde men in de literatuur wel openlijk wel de zondigheid van de geestelijkheid aan de kaak. Er kwam geen Reformatie, maar van binnen uit probeerde men wel de kerk te verbeteren en te versoberen.
Achter deze link:  Proces van Valladolid tegen Fray Luis de Léon ziet men de argumenten van de Inquisitie. Bij de Inquisitie waren de mystici verdacht, eigenlijk omdat ze te individualistisch voelden en dachten. Dit was in tegenstelling tot het gezag van Rome (of van de Spaanse staat.)
 
Juan de Valdés wordt genoemd als een belangrijk man die binnen de kerk wilde hervormen. Ook hij was verdacht bij de Inquisitie.
In de Spaanse ervaringsmystiek worden drie fasen onderscheiden:
1. de via purgativa; 2. de via illuminativa; 3. de via unitiva.
De Purgatio is de zedelijke loutering, begeleid door ascese, zelfkastijding en boetedoening. (de Subida bij San Juan, ontlediging van de ziel.)
De Illuminatio wordt gekenschetst als het gelijkworden van de menselijke wil met die van God. Men vindt vrede in Godsoverpeinzing.
De Contemplatio: de ziel is thans gans van de Liefde Gods doordrongen; 'das Mystische Schauen', zegt Meester Eckehart.
 
Van de Via Illuminativa worden drie karakteristieken aangeduid: de mystieke liefde, het mystisch gebed, en de extase.
De eenwording met God wordt vergeleken met de vereniging van geliefden. Het is de zogenaamde bruidsmystiek, die de unio mystica verbeeldt, het één-worden met God. Dit vooral bij Bernard van Clairvaux.
Het mystisch gebed vindt zijn hoogtepunt in het zwijgen.
Maar het heerlijkste is de extase, die voor een enkeling is weggelegd, en nooit als zodanig nagestreefd mag/kan worden. Het is een genade.
In de Unio Mystica blijft er een onderscheid tussen God en mens, de mens valt ook altijd weer terug in zijn gewone zijnswijze, wat dikwijls tot verdriet leidt, zie bijvoorbeeld ook bij Hadewych.
Dan zijn er nog enkele begeleidende verschijnselen bij de mystiek: visioenen (ook bij Hadewijch), die Brouwer op het intellectuele vlak zet; geuren, de uitstraling van licht, en affectief: vreugde en smart.
Wonderlijk genoeg gaat Brouwer in zijn hoofdstuk 5, 'Zijtakken der Spaansche Mystiek' opeens nogal diep in op het werk van Juan de Valdés. 
Juan de Valdés, ca. 1500-1541
Dit verraste me, omdat hij dat niet doet met de hoofdfiguren, Teresa en San Juan.
Juan de Valdés had een broer aan het hof, Alfonso. Juan is van belang voor Brouwer vanwege zijn Alfabeto Christiano. Valdés was een man van grote innerlijke beschaving, sterk beïnvloed door Erasmus. Het Alfabeto is een didactisch werk hoe men de beginselen der christelijke volmaaktheid kan leren.
 
De Spaanse mystiek, betoogt Brouwer, is de 'opperste uiting van de volheid en rijkdom der geestelijke ervaring'. Alle tegenstrijdigheden komen in haar samen, in haar geheel is zij een hecht gebouwde harmonische ervaringswetenschap.
De ascese is ingetogen, voornaam: de ascese van de geestes-aristocraat. Zelfbeheersing en purificatie van geest, fantasie, wil, geheugen, aandoeningen. Daarvoor moet de ziel noodzakelijkerwijze gaan door de nacht van het aandoeningsleven. Het geloof is te vergelijken met de middernachtelijke duisternis. (Zie/lees/luister het  gedicht van Sint Johannes Duistere Nacht der Ziel.)
In de fase van de Illuminatio (na de ascese) is de ziel weliswaar wat verder op de weg, maar er zijn 7 belangrijke gebreken die haar nog hinderen: dat zijn zaken als voldoening over het eigen werk, zich beter voelen dan een ander, hebzucht, begeerte, jaloezie enzovoorts. Niet de echte hoofdzonden, maar de laatste resten daarvan.
Meditatie wordt door San Juán helder gedefinieerd, en is dikwijls stilte, het stil worden van de ziel. Ik herken hier veel van Zen in. In woorden van Zen (en bijvoorbeeld ook van Krishnamurti): het tot zwijgen komen van het mechanische gebabbel van het brein. Het brengt je nergens, het gaat puur om  het zuivere bewustzijn.
Er worden hier gedachten aan vastgeknoopt die heel ver gaan. Zo hoopt de mysticus op 'de infuus' van God, gaven (genade) die niet zelf zijn bedacht of gefantaseerd, maar die van God in de ziel komen. Intussen wordt de ziel zich steeds meer bewust van eigen onvolkomenheid.
De Unio Mystica had ik la leren kennen bij Hadewych. Ze staan in haar 'juichende' gedichten, die zeer in tegenspraak zijn met de gedichten waarin ze zich ver weg van God voelt. (Overigens wordt er geen enkele band tussen Hadewych en de Spaanse mystici genoemd.) Er wordt verwezen naar het Hooglied, waar het 'bezwijming' genoemd wordt. De Unio Mystica is de uiteindelijke transformatie van de ziel.
De weg naar de Unio wordt soms begeleid door visioenen. Die kwam ik ook tegen bij Hadewych, het maakt een groot deel van haar overgeleverde werk uit. Santa Teresa had ook dikwijls visioenen, maar ze wantrouwde zichzelf er vaak om.
Alles fasen op de mystieke weg worden door Brouwer zorgvuldig en scherp beschreven, met veel verwijzingen naar Santa Teresa en San Juan, en ook naar Fray Francisco de Osuna.
O Noche Oscura, Juan de la Cruz, op muziek gezet door Jo van den Booren; met Spaanse tekst + Nederlandse vertaling.
 
Vanzelfsprekend is wat ik hier aanhaal zeer kort, fragmentatisch. Het onderwerp is te lastig om in een blog uitputtend te behandelen. Wel is dit een werk om op terug te grijpen als ik nog eens iets meer van de Spaanse mystici wil lezen.
 
Het is misschien niet helemaal de juiste plaats om hier De Zwarte Legende bewerkt door Robert Lemm aan te halen.
Toch doe ik het maar. De Zwarte Legende is een essay uit 1914 van Julian Juderías; twee jaar later opnieuw en uitgebreider uitgebracht.
Juderías komt op voor Spanje, legt uit dat door de eeuwen heen zijn katholieke natuur inclusief de Inquisitie veel te zwart is voorgesteld. Dat zou vooral op rekening van Willem van Oranje komen; door hem hebben wij een uiterst zwarte kijk op de Inquisitie.
In deze studie van Brouwer komt uiteraard ook weer de Inquisitie om de hoek kijken, net als in het boek Johanna de Waanzinnige. Naslag deed me zien, dat eigenlijk niet goed meer na te gaan, hoeveel slachtoffers de Inquisitie nu precies gemaakt heeft. Er zijn nog wel archieven van deze rechtbank over, maar heel veel plaatselijke archieven zijn vernietigd. De aantallen lopen in de diverse studies zeer uiteen.
Juderías heeft als eerste iets gezegd over de té zwarte beeldvorming. Zijn boekje is in 2014 weer geheel herdrukt. Robert Lemm heeft het bewerkt in zijn boek, maar hij neemt een historisch raar standpunt in. ('de onverschrokken Franco'.) 


1 opmerking:

  1. Er blijkt nog een biografie van Johan Brouwer te bestaan, van Hendrik Henricks, onder de titel: Johan Brouwer, Zoeker, Ziener, Bezieler. Is nog antiquarisch te koop. Een proefschrift, Amsterdam, Open Domein, 1989.

    BeantwoordenVerwijderen