zondag 4 januari 2015

De ziekte van de dood, Marguerite Duras, 1982.

 
Ik leerde Duras kennen tijdens de literaire workshops van Diet Verschoor en Christine Otten. Diet vond Duras een goed voorbeeld voor ons om onze schrijftalenten aan te spiegelen. En om ons door haar te laten inspireren.
De ziekte van de dood, vertaling van La maladie de la mort, is een korte novelle. Het gaat over een U en een zij, het speelt zich af in één kamer, op een bed, de zee is vlak bij.
Hij huurt haar en ze hebben samen seks. Zij slaapt ook erg veel. Zij zegt dat hij lijdt aan de ziekte van de dood. Nergens staat of de aard van die ziekte werkelijk, ik bedoel: fysiek is; ik kreeg eigenlijk het gevoel dat die ziekte hierin bestaat dat  de U niet in staat is lief te hebben. Ondanks het genot dat hij samen met de zij beleeft.
De taal van dit werkje is poëtisch; dat herinner ik me ook wel van Duras.
Volgens dit artikel in De Gids gaat het vooral om de afwezigheid van iets, om de leegte. Ik weet het niet zo goed. De eerste keer dat ik dit las, deed het me vooral aan een bepaalde mode denken, een mode waarin bijvoorbeeld ook Wachten op Godot is ontstaan.
Maar Duras wil ik toch vooral serieus nemen. Het boekje geeft zich ook niet met één keer lezen gewonnen, dus moet ik het eerst nog maar eens herlezen.
(...)
Bij herlezing viel me op, dat wat er beschreven staat, zelfs niet gebeurd hoeft te zijn: U zou haar hebben kunnen betalen. U zou hebben gezegd: U zou enige dagen achter elkaar elk nacht moeten komen. Zij zou u lang hebben aangekeken en dan zou zij u gezegd hebben dat het in dat geval erg duur was.
En meer van dit soort hypothetische zinnen; maar niet alléén, ook zinnen die de werkelijkheid schijnen weer te geven: Zij vraagt: Waarom nog meer? U zegt om op het stille geslacht te slapen, daar waar u niet kent. U zegt dat u wilt proberen daar, op die plek van de wereld, te huilen.
Soms gaan hypothese en werkelijkheid in één alinea samen: Elke dag zou zij komen. Elke dag komt zij. - Is het dan misschien zo, dat hij eerst zijn plan trekt (de zinnen met zou/den), waarna hij het plan ten uitvoer brengt (de aantonende wijs)?
Zij weet dat hij in de greep is van de ziekte van de dood. Hij vraagt haar hoe ze dat weet. Zij antwoordt: Dat hij die in haar greep is, niet weet dat hij hem in zich draagt, de dood. En ook dat hij dood zou zijn zonder voorafgaand leven om aan dood te gaan, zonder enig weten te sterven aan welk leven ook.
Een raadselachtige zin, waarop niet één-twee-drie een antwoord te geven is.
Hij noemt de zee zwart, dat kan niet volgens haar. Duras beschrijft de vrouw enkele keren liggend in het bed als in een 'witte plas van de witte lakens'. Zij zelf maakte me op die tegenstelling zwart-wit opmerkzaam in haar nawoord, waarin ze wat regie-aanwijzingen geeft voor een toneeluitvoering van dit stuk. (Duras maakte ook veel films.)
Centraal lijkt me toch de onmogelijkheid van de U-figuur te kunnen liefhebben. Zij lijkt het wel te kunnen, maar heeft een andere levensinstelling: Ik zou niets willen weten op de wijze waarop u, u weet, met die aan de dood ontsproten zekerheid, die ongeneeslijke eentonigheid, elke dag, elke nacht van uw leven aan zichzelf gelijk, met die dodelijke werking van het ontbreken van het liefhebben.
Aan het einde van het verhaal is de zij weg. Hij onthoudt van het hele samenzijn slechts die woorden die zij gezegd heeft: dat hij lijdt aan de ziekte van de dood.
Zij ligt daar steeds, als een object.
Aan het eind van het verhaal is zij weg. De slotzin luidt: Inmiddels heeft u die liefde kunnen leven op de enige wijze die voor u mogelijk was, haar verliezend vóór zij er was.
Een jonge Duras. Haar echte naam was Marguerite Donnadieu
Duras op latere leeftijd

Een bewerking voor het toneel.
Een kort stukje documentaire waarin Duras iets over haar jeugd (geboren in Indochina) vertelt.  
Marguerite Duras leefde van 1914 tot 1996; ze werd geboren in Saigon, en had een moeilijke jeugd.  Haar vader stierf jong, haar broers terroriseerden het huishouden. Haar moeder verwaarloosde haar dochter. Duras begon als middelbare scholier een verhouding met een oudere Chinees, die haar veel geld verschafte en ook met haar wilde trouwen. Maar rassenscheiding maakte dit onmogelijk, en het gezin reisde af naar Frankrijk. Duras zag de minnaar nooit meer terug. Dit autobiografisch verhaal heeft ze beschreven in de roman De Minnaar dat ook verfilmd is.
Boek De Minnaar, autobiografisch
Script van Hiroshima Mon Amour, begin Nouvelle Vague.
Duras schreef een groot aantal boeken, en maakte ook films. Beide in indrukwekkende aantallen. Ik las ooit al  De schrijfster, waar ik graag nog een keer op terug zal komen. Voor Hiroshima Mon Amour uit 1959 schreef zij het script. De film wordt geacht aan het begin van de beweging La nouvelle Vague te staan.

Geen opmerkingen:

Een reactie posten